De SS Dora was een klein schip (60,7 m lang, 584 ton) dat in 1898 gebouwd werd door Murdoch & Murray in Glasgow als de SS Vega. Bij de bouw was het een passagiersschip, later werd het schip omgebouwd tot transportschip. Ze voer onder Panamese vlag.
In 1904 werd ze gekocht door Det Forenede Selskab uit Kopenhagen en omgedoopt tot de Tjaldur. Op 21 juni 1939 kochten Pierre en Kosta Arteshides Atychide, 2 Griekse reders, samen met Sally Meyer uit Zwitserland het schip en noemde haar Dora.
Op zondagochtend 16 juli 1939 vertrok de Dora vanuit Amsterdam, met meer dan 300 Joodse vluchtelingen uit nazi-Duitsland aan boord, en ongeveer 20 Nederlandse Joden. Het schip ging naar Antwerpen en Vlissingen en haalde daar nog zeker 200 Duits-Joodse vluchtelingen op. De Dora was niet het enige schip dat de tocht naar Palestina maakte; tot het begin van de 2e Wereldoorlog waren er zo’n 50 schepen die dit deden, gedurende de oorlog volgden er 92 schepen waarvan de Exodus de bekendste was.
De vluchtelingen waren afkomstig uit verschillende locaties in Nederland. Een deel van hem kwam uit het kamp in Hellevoetsluis, een ander deel uit werkdorp Wieringermeer. Er werden vooral Duits-Joodse vluchtelingen meegenomen omdat voor de oorlog werd aangenomen dat zij in een groter gevaar verkeerden dan de Nederlandse Joden.
Officieel wist de Nederlandse regering niets van deze illegale emigratie. De regering liet het gebeuren maar wilde in 1939 de contacten met Duitsland én vooral met Groot Brittannië (Palestina viel onder Brits bestuur en de Britten wilden daar geen Joodse immigranten hebben) niet in verlegenheid brengen.
Om deze tocht te organiseren kwam zelfs Gideon Ruter (nu Gideon Raphael) uit Palestina over. De SS Dora werd ingericht voor dit doel. Zo werden er 175 stalen bedden, een keuken, toiletten en douches geplaatst en werden er reddingsvesten aangeschaft.
Helemaal geruisloos kon de Dora niet uit Amsterdam vertrekken. Bij het laden met kolen zagen de beladers de bedden die er aan boord stonden en zij waarschuwden journalisten van het Communistisch Volksdagblad die in een artikel de Nederlandse regering aanvielen omdat zij een schip in een zo slechte staat met “slavenverblijven” en honderden vluchtelingen zou laten vertrekken. Fotografen cirkelden in kleine bootjes rond het schip (de 2e foto werd zo gemaakt) en noemden het schip een dodenschip. Daarom werd het schip geïnspecteerd door de havenautoriteiten en nadat hen de echte functie van het schip was verteld werd alles goed gekeurd.
De Dora had inmiddels behoorlijk wat aandacht getrokken. Zo kwam een journalist van de Daily Herald aan boord die schreef dat de passagiers op stro sliepen op het dek en dat ze naar Birma (Siam) of Bangkok zouden reizen. De Britse regering kwam op deze manier op de hoogte van het schip. Zij namen contact op met het Ministerie van Buitenlandse Zaken; het ministerie meldde dat de bestemming Siam was.
De Dora voer probleemloos richting het Britse mandaatgebied Palestina. Bij de zuidkust van Turkije kreeg men contact met de Haganah via de radio. Daar kwam de opdracht om voor anker te gaan bij Finiki, aan de westkust van het Griekse eiland Karpathos. Het was namelijk volle maan en de landing op het strand in Palestina was daarmee onmogelijk. Het schip had inmiddels ernstige voedseltekorten, de Turkse autoriteiten gaven toestemming om watermeloenen en drinkwater aan boord te brengen.
Op 11 augustus kwam het bericht dat men kon proberen te landen. Op 12 augustus 1939, enkele dagen voor het begin van het uitbreken van de 2e Wereldoorlog in Polen en zes weken na het vertrek uit Amsterdam, landde de Dora bij Shefayim, iets ten noorden van Herzliya.
Terwijl de passagiers het schip verlieten kwam het bericht dat er een schip van de Royal Navy aan kwam. De vluchtelingen waren inmiddels van boord en de Dora koos weer zee.
De Haganah kon Uri Koch het bericht sturen dat “de aflevering succesvol was en dat moeder gezond is”.
Eli Reens stuurde het afgesproken bericht naar Gertrud van Tijn (zij was in de oorlog hoofd van de dienst Hulp aan Vertrekkenden – onderdeel van de Joodse Raad) die het doorgaf aan minister Van Boeijen. Van Boeijen kon daarop weer ademhalen. Nederland was namelijk van 300 vluchtelingen af zonder de relatie met Groot Brittannië of Duitsland te schaden en de hele operatie had de schatkist geen cent gekost.
De vluchtelingen reisden naar Kfar Shmaryahu, 2 km zuidelijker, en gingen vandaar naar de immigratiecentra.
De Dora zou een 2e reis gaan uitvoeren, maar de voorfinanciering kwam niet rond. Tussen 1941-1942 werd de Dora door de Duitsers in beslag genomen en liet men het schip voor Duitsland varen. Op 21 december 1942 werd de Dora tot zinken gebracht door een Brits oorlogsschip nabij Djerba.
bron:
haapalah / Aliyah Bet,
danielabraham.net
Lubbers, Annette, Lloydhotel; Uitgeverij Bas Lubberhuizen, (Amsterdam 2004).
Met dank aan Annette Lubbers
Laatste aanpassing:
18 september 2019